Het lectoraat eLearning gaat in een aantal van haar onderzoeksactiviteiten gebruik maken van Zing Technologies. Wij kregen vrijdag 9 januari een workshop om kennis te maken met de mogelijkheden.
Zing is software die je inzet om real-time bijeenkomsten (face 2 face of online) te faciliteren met als doel om met een groep mensen kennis te creëeren. Zing maakt gebruik van een multi-cursor interface. Deelnemers in een Zing-sessie voeren via hun toetsenbord hun antwoorden op vragen, stellingen, stemmingen, ranking-vragen, etc. tegelijkertijd in. Het verloop van de sessie wordt op deze wijze vastgelegd vastgelegd en wordt verwerkt in een rapportage.
Hoe werkt het
Voor een sessie met Zing heb je hardware en software nodig. De software die je gebruikt heet ZingThing of AnyZing. ZingThing gebruik je voor bijeenkomsten online (max. 96 deelnemers) en host je op een webserver. AnyZing gebruik je voor team bijeenkomsten in dezelfde ruimte, de software draait op de computer (via Java op Windows en Mac). Volgens mij heb ik gewerkt met ZingThing 3.6, geïnstalleerd op een lokale server op een notebook. De hardware bestaat uit een aantal draadloze toetsenborden die via USB-dongles een netwerkje vormen en zijn aangesloten op de laptop. Een beamer projecteert de software op een scherm of de muur.
Hardware: toetsenbord, dongles, hub, laptop en beamer.
Vervolgens organiseer je een bijeenkomst. Bijvoorbeeld een brainstorm-sessie, een discussie, een training/les of een bijeenkomst met een focusgroup. De bijeenkomst heeft een gespreksleider. De gespreksleider heeft een template voorbereidt in de template editor. In de editor voer je focuspunten in, de gespreksonderwerpen of thema’s. Aan de focuspunten koppel je agendapunten. Dit zijn bijvoorbeeld vragen. In de sesssie reageren deelnemers op de agendapunten via het toetsenbord. Ieder agendapunt wordt apart behandeld. Hun bijdragen komen terecht in de playspaces van de deelnemers (gekoppeld aan naam of anoniem) en zij sturen die naar de teamspace waar de antwoorden verzameld worden.
De gespreksleider kan doorgaan naar de volgende vraag, maar hij kan ook een intervention toepassen. Bijvoorbeeld door uit de lijst van antwoorden een generiek thema of idee te halen en deze als nieuw agendapunt te koppelen aan de het focuspunt. Er komt een verdiepende laag bij. Die interventie kan een nieuwe vraag zijn, maar o.a. ook een verzoek om te stemmen, elementen te ranken of een meerkeuze-element. Je kan op deze manier acht lagen diep gaan. Zing ondersteund op die manier de strategie van de gespreksleider. Alle stappen worden vastgelegd door Zing. Het eindresultaat kan je exporteren naar bijvoorbeeld Word, Excel, pdf of html.
In de workshop hadden wij twee gespreksleiders, of moderators. Dat is ook aan te bevelen. De ene fungeert echt als gespreksleider en is met processen in de groep bezig, de andere zit achter de laptop en bedient de software. Als deze twee goed op elkaar ingespeeld raken, dan kan je het hele creatieve proces van een dergelijke bijeenkomt vastleggen en sturen.
Een screendump van de demo ZingThing. Je ziet op de achtergrond het werkveld met de ruimte voor de focus- en agendapunten en de playspaces van de deelnemers. De antwoorden komen in het tekstveld ‘1. Focus’ te staan (in dit voorbeeld. Twee vensters op de voorgrond, achteraan het venster met een aantal opties voor interventies. Op de voorgrond een wat onoverzichtelijke Template Editor.
Toepassing in het onderwijs
Uiteraard zijn vergaderingen prima uit te voeren zonder Zing. Goede vragen, goede voorbereiding en een goede gespreksleider moeten voldoende zijn. Maar is een gespreksleider in staat om gelijkwaardige input te krijgen van alle deelnemers? In een Zing-sessie heeft iedere deelnemer een toetsenbord en een ‘playspace’. Dat maakt iedereen een actief deelnemer.
Zing is een interessant hulpmiddel zijn voor onderwijsleergesprekken. Alleen het voorbereiden van een onderwijsleergesprek middels Zing is al een uitdaging, omdat de software je dwingt heel gestructureerd dat leergesprek te ontwerpen. Studenten/leerlingen leveren vervolgens input. Ook de ‘stille leerling achterin’. Je betrekt iedereen met het toetsenbord in handen. De opzet in Zing is gestructureerd, het leergesprek hoeft dat niet te zijn. Een docent die goed met de interventions van Zing kan omgaan, is prima in staat om deze ‘bochten en verandering van richting’ in het leergesprek op te vangen en betekenisvol in te zetten in het leergesprek.
Het niveau van de werkvormen is afhankelijk van de complexiteit van de vraagstelling. Ik denk aan zinnen in een vreemde taal die leerlingen moeten afmaken, met elkaar bronnen bestuderen en daar feedback opgeven of samen een probleem uitwerken. Het is een tool dat je kunt inzetten om beslissisingen te (leren) nemen, bijvoorbeeld door de denkstrategie de zes denkhoeden van de Bono toe te passen. Op de website van Zing Technologies meer voorbeelden, met name gericht op het activeren van de creativiteit en ‘brainpower’ binnen teams.
Wat ZingThing voor mij interessant maakt is dat deelnemers elkaars antwoorden zien (dat kan overigens ook anoniem). Deelnemers brengen elkaar op ideeën en inspireren elkaar. Dat leidt tot allerlei interessante (informele-) processen en uitkomsten tijdens een bijeenkomst. Er ontstaat een creatief proces van kennis co-constructie. Een goede gespreksleider versterkt dit middels Zing en maakt dit proces inzichtelijk voor alle deelnemers, door er nieuwe agendapunten van te maken. De deelnemers zien dat de groep serieus omgaan met de input. Dat is positief voor het verdere verloop en kwaliteit voor de bijeenkomst. Of je de bijeenkomsten face 2 face of online organiseert, ik denk dat het transparant maken van dit soort processen belangrijk zijn voor het functioneren van een groep en het leren binnen die groep.
Het lijkt me overigens wel lastig om een Zing-sessie met een grote groep te doen. Ik weet het niet zeker, maar volgens mij is er in de f2f-versie ruimte voor max. 16 deelnemers. Je kan natuurlijk ook teams laten samenwerken, zo kan je met grotere groepen aan de slag.
Laat jongeren ook eens aan het woord over ICT
Het lectoraat eLearning gaat Zing Technologies inzetten in het onderzoek “Laat jongeren ook eens aan het woord over ICT“. Dit onderzoek bestaat uit een kwantitatief onderzoek en een kwalitatief onderzoek. In het kwalitatieve onderzoek interviewen we focusgroups door middel van Zing. De focusgroups bestaan uit ongeveer acht deelnemers, die we tegelijk kunnen interviewen. De deelnemers zien elkaars antwoorden en we hopen dat ze dat op ideeen brengt, waar ze in eerste instantie misschien niet aan dachten. Door Zing kunnen we vragen zo stellen dat de deelnemers ook van elkaar gaan leren, en dat levert voor ons hopelijk meer en betere informatie op. En dan is er nog het voordeel dat we de interviews niet meer helemaal hoeven uit te schrijven. We zullen het binnenkort gaan testen.
Op de website van Zing Technologies kun je een demo van ZingThing gebruiken. Het is software die niet altijd even logisch in elkaar zit, en het vraagt wat oefening om een eerste sessie voor te bereiden. Met name het werken met de template editor is even oefenen. Je kan ZingThing gebruiken in Windows en OS X, hoewel ik op de Mac het idee heb dat niet alles even lekker werkt.
Het lectoraat gaat de komende weken dus een aantal testen doen en focusgroups interviewen. Ik wil proberen om wat opnames te maken. Met name om te kijken hoe je dergelijke sessies het beste kunt begeleiden en hoe de relatie tussen gespreksleider en moderator achter de software het beste georganiseerd kan worden.