Tag: kennisbasis ICT

  • 25 Tools: A Toolbox for Learning Professionals 2009

    Leestijd: < 1

    Ik ben niet zo van de ‘Top zoveel’-lijstjes, maar als docenten2.0-opleider kan ik natuurlijk niet om de lijstjes van Jane Hart heen.  Zij presenteerde deze week op haar blog haar de Toolbox voor 2009:

    This year I have produced a 2009 version of the Toolbox , which contains 25 categories of learning tool. Within each tool category I provide the name of the most popular tools from the emerging Top Tools for Learning 2009 list, as selected by learning professionals worldwide. The majority of the tools are FREE, although a number of commercial tools are included. Some of the tools are desktop tools; others are online services.

    Ik verzorg deze periode een korte training e-learning aan deeltijdstudenten en voor veel studenten is veel van wat ik ze laat zien aan web 2.0 tools nieuw. En veel! Ik had even moeten denken aan haar overzicht 25 Tools every Learning Professional should have in their Toolbox van 2008. Niet gedaan, maar ik zal alsnog de 2009 versie introduceren bij de studenten. Voor volgende training zal ik er een collegeopdracht om heen bouwen.

    Daarnaast denk ik dat ik deze lijst nog wel eens ga gebruiken volgend schooljaar, dat op onze School in onder ander in het teken zal staan van de kennisbasis ICT en scholingsplannen voor zowel de studenten als docenten.

    Via Jane’s E-Learning Pick of the Day. Bekijk ook haar Top 100 Tools for Learning 2009.

    Ik zal eens nadenken over mijn top 10. Stomme lijstjes. Best leuk toch.

  • Project New Media Literacies

    Leestijd: 2 minuten

    Extend Limits bericht vandaag over new media literacies. Project New Media Literacies is een onderzoeksgroep binnen MIT. De new media literacies zijn sociale vaardigheden en competenties waarover je zou moeten beschikken om als volwaardige burger te kunnen participeren in een steeds complexer medialandschap. Interessant is het ‘voorlopige’ lijstje met de skills op de website:

    • Play – the capacity to experiment with one’s surroundings as a form of problem-solving
    • Performance – the ability to adopt alternative identities for the purpose of improvisation and discovery
    • Simulation – the ability to interpret and construct dynamic models of real-world processes
    • Appropriation – the ability to meaningfully sample and remix media content
    • Multitasking – the ability to scan one’s environment and shift focus as needed to salient details
    • Distributed Cognition – the ability to interact meaningfully with tools that expand mental capacities
    • Collective Intelligence – the ability to pool knowledge and compare notes with others toward a common goal
    • Judgment – the ability to evaluate the reliability and credibility of different information sources
    • Transmedia Navigation – the ability to follow the flow of stories and information across multiple modalities
    • Networking – the ability to search for, synthesize, and disseminate information
    • Negotiation – the ability to travel across diverse communities, discerning and respecting multiple perspectives, and grasping and following alternative norms
    • Visualization – the ability to interpret and create data representations for the purposes of expressing ideas,finding patterns, and identifying trends

    Ik vind het wel een interessant perspectief. Er zitten veel elementen waarvan ik vind dat met name de jongeren over deze vaardigheden moeten beschikken. Het gaat om informeel leren, kritisch denken, netwerkleren, informatievaardigheden en mediawijsheid. Het zijn de kenmerken van een kenniswerker in de 21e eeuw. Misschien mis ik wel expliciet innoveren, de vaardigheid om binnen dat sociale medialandschap jezelf te verbeteren en te profileren.

    Twee gedachten die in mij opkwamen:

    1. Als docentenopleider zie ik hier dus ook docentvaardigheden. De docent 2.0? De docenten in opleiding moeten de jonge kenniswerkers begeleiden in het opdoen van deze vaardigheden. In beide gevallen: bieden wij het onderwijs waarin studenten/leerlingen/docenten de ruimte hebben om deze new media literacies aan te leren en te ontwikkelen? We praten er veel over, maar doen….?

    Volgens de whitepaper Confronting the Challenges of Participatory Culture: Media Education for the 21st Century die op de site te downloaden valt zijn er drie probleemsituaties waar het onderwijs een antwoord op moet gaan vinden:

    a. participation gap – het wegnemen van ongelijkheid als het gaat om de mogelijkheden, ervaringen, vaardigheden en kennis die jongeren nodig hebben in het medialandschap van de 21e eeuw
    b. transparency problem – leerlingen bewustmaken van de manieren waarop media de beeldvorming beinvloedt
    c. ethics challenge – jongeren voorbereiden op hun steeds actiever wordende rol als mediamakers en deelnemers binnen communities.

    Ik wil wel eens weten in hoeverre de docenten-in-opleiding op de hoogte zijn van het veranderende medialandschap en wat dan vervolgens hun visie is op onderwijs en lesgeven. Op mijn School ervaar ik het persoonlijk als een moeizame discussie. Aan de ene kant zien studenten heel goed dat het medialandschap verandert, maar zijn vaak behoudend als het gaat om de rol van het onderwijs en docent.

    2. New media literacies zouden expliciet genoemd moeten worden in de kennisbasis ICT voor de lerarenopleidingen. Niet alleen focussen op de instrumentele vaardigheden die bij deze skills horen, gericht op het begeleiden van leerlingen, maar juist ook op de ontwikkeling van de student, de kenniswerker.

    Binnenkort de whitepaper eens goed bestuderen.

  • ADEF-conferentie “Verder met Kennisbasis ICT”: De workshops

    Leestijd: 3 minuten

    Ik heb afgelopen woensdag de ADEF Conferentie “Verder met Kennisbasis ICT” bezocht. Ik heb daar al een flinke blogpost over geschreven, waarvan ik nog aan het bijkomen ben. Wat een verhaal, kan het korter? Blijkbaar had ik het nodig, moest ik voor mijzelf wat zaken op een rijtje zetten. De conferentie bestond ook uit een aantal workshops.  Ik heb gekozen voor de sessies over de didactiek van het digibord en bloggen in het onderwijs. Andere sessies waren Werken met wiki’s bij duits en frans, content ontwikkelen/arrangeren en ontwerpen van leeromgevingen met mindmapping. Lees ook de post van Blogparty, inclusief MindMeister mindmap.

    De didactiek van het digibord
    Volgens Michel van Ast, docent wiskunde aan de HU en schrijver aan de Kennisbasis ICT, bestaat de didactiek van het digibord niet. Het gaat, volgens Michel, om het toepassen van bestaande werkvormen. Door gebruik te maken van het digibord wordt het toepassen van die werkvormen vergemakkelijkt. Combineer dat met de ‘wow-factor’ van het digibord en je hebt een succesverhaal. Dat verklaart misschien waarom deze techniek omarmt wordt door het onderwijs, ook door docenten die nog niet zoveel met ICT in het onderwijs hebben. Michel is heel duidelijk overigens: je laat leerlingen naar het bord toe komen. Mee eens.

    Mijn leerpunten:

    • De aantrekkingskracht van het digibord is enorm. Het heeft een ‘wow-factor’ en die moet je gebruiken. Gebruik bijvoorbeeld CoolIris in combinatie met een digibord. Dat wordt een hele grote iPod Touch.
    • Ieder bord heeft een aantal trucjes om aandacht op het bord te focussen: hide and reveal. Spelen met lagen in de Smartboard software om zaken te verbergen en te verschijnen, door elementen ‘weg te vegen’ of te verslepen.
    • Buitenwereld de klas in te halen, door Google Earth te gebruiken, maar ook door een visueel aantrekkelijke startpagina als Symbaloo, met tabbladen die linken naar online content.
    • Digibord is geen multi-touchbord.
    • Programma’s als Google Sketchup en Phun
    • zien er prachtig uit op een Digibord en werken enorm krachtig om zaken te visualiseren. Vooral Phun was een eye-opener voor mij. Het is een gratis programma waarmee je op een hele speelse manier kunt experimenteren met natuurkundige wetten. Het ziet er prachtig uit op een digibord, en is volgens mij enorm verslavend.
    • Je staat snel voor het bord, in het licht van de beamer. Het is handig om de beamer aan het plafond te hebben, zo dicht mogelijk bij het bord. Dan heb je ook de minste schaduw.

    In de workshop hebben we zelf ook een aantal zaken uitgeprobeerd op de smartboarden, met name de ‘hide and reveal’ elementen. Een hele interactieve workshop, erg leuk! Michel van Ast knows his stuff en als je een keer in de gelegenheid bent om een workshop van hem te volgen (hij was volgens mij ook op de I&I), doen!

    Linktips Michel:
    ICT&E – Smart Teaching and Learning
    ICT&E – Digiborden Videoclips
    Computers in de Klas: Digitaal Schoolbord

    Een weblog in het onderwijs
    Kees-Jan van Oorsouw, docent duits op de HAN-ILS presenteerde zijn ervaringen op het gebied van weblogs in het onderwijs. Zijn collega’s van het talenlab, niet ICT-minded, ervaren o.a. door het gebruik van weblogs dat best leuk kan zijn om ICT te integreren in het onderwijs, vanuit het oogpunt ‘gemakkelijk’, nog niet vanuit het oogpunt didactiek. It’s a start! Goed zo.

    Kees-Jan hield een vrij theoretisch verhaal en ging uitgebreid in op wat een weblog is. Een CommonCraft filmpje had best gemogen wat mij betreft. We stonden uitgebreid stil bij allerlei soorten blogs. Het is goed om een beeld te hebben van het fenomeen bloggen, maar focus op wat je er mee kan doen en bereiken, in plaats van weblogs in allerlei hokjes te stoppen. Zo kwam uit het publiek de stelling: “Weblogs zijn ijdeltuiterij”. Tja, als je dat vindt. Je hoeft die blogs niet te lezen. En wat voor iemand ‘ijdeltuiterij’ is, is voor een ander een leerproces.

    Het leerproces kwam aan het einde van de presentatie uitgebreid aan bod. Waarom laat je leerlingen/studenten met blogs werken?

    • leren om kritisch te denken
    • leren m zichzelf schriftelijk te verantwoorden
    • lezen bijdragen van anderen en leren daar op te reageren: interactiviteit, betere motivatie en betrokkenheid

    Kees-Jan gaf goed aan hoe weblogs passen in het onderwijs in de context van de “7 peilers van digitale didactiek” van Simons (ik link naar een presentatie van Wilfred Rubens op SlideShare) en de leerpiramide van Bales.

    Ik vond de context van het verhaal wat eenzijdig. De toepassingen en de voorbeelden zijn erg ‘docentgestuurd’, ik mis de rol van blogs in het informele leerproces en ‘connectivism’ van leerlingen/studenten. Maar wel een nieuw woord geleerd: blogneurose.

    Linktips Kees-Jan:
    Webquest Webloggen in het onderwijs

  • Kennisbasis ICT moet ontwikkelperspectief krijgen

    Leestijd: 3 minuten

    “Verder met de Kennisbasis ICT” was de titel van de tweede ADEF (Algemeen Directeurenoverleg Educatieve Faculteiten) ICT-werkgroep conferentie, die ik vandaag heb bijgewoond op de Hogeschool van Amsterdam. Een plenair gedeelte over de status van de kennisbasis ICT en hoe deze te interpreteren, daarna keuze uit twee workshops. Voor mij de eerste introductie met de kennisbasis ICT.

    K3
    De educatieve faculteiten zijn druk in de weer met de zogenaamde “K3”: kennisbasis, kennistoetsen en kennisbank. Zo hebben bijvoorbeeld alle tweedegraads lerarenopleidingen aardrijkskunde een kennisbasis ontwikkeld voor het vak. Een verzameling van kennisitems waarvan wij vinden dat een startbekwame leraar die moet beheersen. Op dit moment wordt er druk gewerkt aan zogenaamde kennistoetsen die een aantal keer in de opleiding worden afgenomen, om deze kennisbasis bij de student transparant te maken (en te voorkomen dat we ‘centrale examinering’ van de politiek opgelegd krijgen). En in de toekomst ligt het concept kennisbank, waarin we lesmateriaal met elkaar willen delen. Ik slik het woord WikiWijs nu even weg. De voorzitter van de ADEF ICT-werkgroep, Gert-Jan van Setten, wist te melden dat er een bedrag van 4 miljoen euro ‘vrijkomt’ om deze klus in 2,5 jaar te klaren. Aardig bedrag.

    Kennisbasis ICT
    Maar wat moet een startbekwame docent weten als het gaat om ICT? Welke standaard moeten docenten hebben als het gaat om digitale didactiek? Vandaar de opdracht om kennisbasis ICT vorm te geven. Ik heb hier een ontwerpversie voor mij liggen (ik heb deze nog niet digitaal), waarin 9 categorieën benoemd worden met ICT onderwerpen waarin een beginnende docent in het voortgezet onderwijs vaardig moet zijn. De vaardigheden zijn vervolgens per onderwerp benoemd als gedragsindicatoren.

    De categorieën zijn:

    1. Instrumentele vaardigheden
    2. Algemene didactiek
    3. Informatievaardigheden
    4. Presenteren
    5. Samenwerken en communiceren
    6. Individueel werken
    7. Begeleiden en beoordelen
    8. Digitaal toetsen
    9. Arrangeren en ontwikkelen

    Het is een flinke lijst geworden, en alles staat er wel zo’n beetje in. ECDL niveau, audio en video, elo’s, web 2.0, mediawijsheid (alleen het woord wordt niet gebruikt), synchrone en a-synchrone communicatiemiddelen, etc. Aan de basis van dit verhaal liggen de SBL E-competenties. Ik ga mij er binnenkort eens op storten. Het zal om details gaan.

    Ik vind het in ieder geval belangrijk dat in de verdere uitwerkingen van de kennisbasis niet vergeten wordt, dat het bij een kennisbasis niet alleen gaat om kennis van vak (in dit geval dus ICT), maar ook om kennis van leerlingen en kennis van leren. Het is belangrijk dat studenten begrijpen waarom deze vaardigheden zo belangrijk zijn als het gaat om begeleiden van leerlingen in het onderwijs van de 21e eeuw. Een visie en een missie hebben over ICT en onderwijs is ook een belangrijke gedragsindicator.

    Ontwikkelperspectief
    In de ochtend hebben de schrijvers de kennisbasis voorgelegd aan een aantal lectoren. Jan van Bruggen, lector Educatieve functies van ICT van Fontys, verving Peter van ’t Riet (lector ICT en onderwijsinnovatie) die met griep geveld was, met een korte toelichting. Hij stelde dat de kennisbasis zoals die er nu ligt, een hele dappere onderneming is om papier te zetten. Het is een helder document, niet vrijblijvend, erg handig voor toetsen e.d. Maar het is belangrijk om dit niet allemaal vast te spijkeren. Het advies van de lectoren is om voor een ontwikkelperspectief te zorgen. Er is meer nodig dan de beheersing van basiskennis en –vaardigheden op het gebied van ICT en onderwijs. Het gaat ook om de professionaliteit van de moderne docent die in staat moet zijn om ICT bewust in te zetten en dus op de hoogte moet zijn van de ontwikkelingen en mogelijkheden op het gebied van ICT en onderwijs, en hoe je daarmee je onderwijs kunt verbeteren. Jan van Bruggen:

    Het gaat om de veelvuldigheid van ICT. De dynamiek zit hem in de technologie die ons al jaren lang overspoelt. Dat zit niet alleen in de kennis, maar zit ook tussen de oren.

    Dat betekent dus dat er ruimte moet zijn voor de student om zich zelf te profileren, te ontwikkelen en zelf met zaken aan te komen. De context van het beroep wordt hier in heel belangrijk.

    Implementatie

    Dan rest er nog de vraag, hoe de kennisbasis te implementeren. Hoe ga je een ontwikkelperspectief vormgeven? Het zal in ieder geval geïntegreerd met de andere vakken moeten worden aangeboden, in de betekenisvolle context van de student die leraar aan het worden is. Dat betekent dat  het belangrijk wordt om samen met vakcollega’s kenmerkende beroepssituaties te schrijven die het startpunt worden voor de student.  Ik denk ook dat het heel belangrijk is om het veld, in de rol van opleidingsscholen, er bij te betrekken. Het implementeren van een kennisbasis vraagt in ieder geval innoverend vermogen.

    ICT innoveert, dus ook het onderwijs.

Mijn blog waarin ik aantekeningen, ideeën, gedachten en ervaringen verzamel. Over onderwijs, leren en creatieve technologie. Over projecten, evenementen en inspiratiebronnen. Over mijn eigen ontwikkeling als professional. Over gras dat groener is aan de overkant. Met hier en daar een off-topic momentopname.

Jeroen Bottema