Categorie: icto

  • Mijn bijdrage op de #TeachmeetNL: Kinect2Connect!

    Leestijd: 6 minuten

    Maandag 17 januari organiseerden we een TeachMeetNL, aansluitend aan de student-generated conference iLearn2011. De fruitmachine koos ondergetekende als eerste om zijn bijdrage voor een publiek van studenten van de lerarenopleiding, docenten en andere geïnteresseerden te presenteren. Mijn bijdrage ging over de Kinect die sinds de kerstvakantie in huize Bottema met veel plezier gebruikt wordt. Ik ben verrast over hoe goed het werkt en als vanzelfsprekend geïnteresseerd in wat de Kinect, of gesture based computing in zijn algemeen, voor het onderwijs kan betekenen.

    Mijn gedachten over de Kinect treft u aan in onderstaande bijdrage, met wat extra YouTube filmpjes. Op de TeachMeetNL presenteerde ik het  in de vorm van een Pecha Kuca. Dat had ik nog niet eerder gedaan. It showed. :) Mijn gestuntel kunt u via de livestream bekijken (met dank aan Pieter van Parreeren). Ik beloof beterschap. Onder de presentatie staan mijn aantekeningen.

    Kinect2Connect

    Aantekeningen
    Slide 1
    Filmpje = 10 seconden.
    Ik was van plan om voor de Teachmeet een wat serieuzer onderwerp aan te snijden, iets over het onderzoek Students Voices II of de ontwikkeling van een edulab waar ik met anderen mee bezig ben. Vorige week heb ik besloten om het toch wat dichter bij huis te laten

    Slide 2
    Letterlijk, dichter bij huis! Dit apparaat staat sinds de kerstvakantie bij mij thuis, de Kinect. We hebben al flink wat uren staan springen, en ik ben oprecht verbaasd over hoe goed de technologie werkt. Natuurlijk ben ik dan ook geïnteresseerd in wat de ‘Kinect’ voor het onderwijs kan betekenen. Een paar van die gedachten wil ik graag met u bespreken.

    Slide 3

    Wat is een Kinect? Ik praat u snel bij. De Kinect is een apparaat wat je bij je XBOX 360 koopt. Het is een zogenaamd “motion control” systeem waarmee jij de controller bent. Je installeert de Kinect, je leert de Kinect jou te herkennen, maakt wat ruimte in je kamer en game on!

     

    Slide 4

    Filmpje = 29 sec. Kan na 20 sec. weg.

     

    En dat ziet er vanuit het gezichtspunt van de camera ongeveer zo uit. De Kinect volgt je bewegingen real time.

     

    Slide 5

    Ik zal proberen iets uit te leggen over de techniek met behulp van de Kinect zelf. De De twee hoofdonderdelen zijn de projector en de camera. De projector zend een laserstraal uit in de ruimte, die wordt opgepikt door de camera. Er ontstaat daardoor een diepteveld waardoor de Kinect kan ‘zien’ waar ik sta, hoe ver, of er een tweede persoon in de ruimte staat, of een tafel. Hij kan mij zelfs herkennen. Ook mijn stem trouwens.

     

    bron: http://www.t3.com/feature/xbox-kinect-how-the-movement-tracking-works

     

    Slide 6

    Die informatie, mijn bewegingen, worden vervolgens vergeleken met een soort van virtueel skelet met daarin de bewegende onderdelen. Er staan ongeveer 200 voorgebakken posities in de software. En dat wordt gecommuniceerd naar mijn ‘avatar’ in het spel. Rennen, springen, bukken, liggen, slaan, schoppen, hangen, etc. En met een snelheid van 30 frames per seconde.

     

    bron: http://www.t3.com/feature/xbox-kinect-how-the-movement-tracking-works

     

    Slide 7

    Het is eigenlijk geen nieuwe technologie, het bestaat al een aantal jaren. Maar dat de technologie nu in zo’n klein ding past en €150 euro kost betekent wel iets. Ik heb wat research gedaan en kwam o.a. het Horizon Report 2010 tegen die deze technologie onder de noemer ‘gesture based computing’ plaatst, iets wat over vier tot vijf jaar zijn plek zal hebben verworven in het onderwijs.

     

    We kennen de “touch-applicaties” als de Surface table van Microsoft, de iPhones en iPods van Apple, die trouwens ook met beweging werken. De Nintendo Wii is bekend. Sony heeft de Move.

     

    En ik weet niet of ik het onder een ‘gesture’ kan verstaan, maar het is ook al mogelijk om via “brainwaves” apps op de iPhone of iPad te besturen.

     

    bron: http://wp.nmc.org/horizon2010/chapters/gesture-based-computing/

     

    Slide 8

    We gaan dus meer en meer ons lichaam gebruiken om technologie te besturen. We gaan van onze computers verwachten dat ze begrijpen wat wij bedoelen met onze bewegingen en die goed interpreteren. We hoeven niet meer te ‘klikken’. En als ons lichaam de controller is, hoe gaan we dan tegen technologie aankijken? De afstand mens – machine neemt af het gevoel neemt toe. En we kunnen ‘samen’ de technologie bedienen!

     

    bron: http://wp.nmc.org/horizon2010/chapters/gesture-based-computing/

     

    Slide 9

    Een ander voorbeeld van gesture based computing is de “Sixth Sense technology van Pranav Mistry (MIT). Hij heeft van die plakkertjes, visual trackers, op zijn vingertoppen die gevolgd worden door een camera en de bewegingen van de vingers en handen omzetten naar instructies om de informatie die hij met een kleine projector projecteert te bedienen. De computer: een smartphone in zijn zak.

     

    Ik raad u aan dit eens op YouTube te bekijken.

     

    Een interessante ontwikkeling! Wat zouden de toepassingen zijn voor leren en het onderwijs? Ik beperk mij weer tot de Kinect.

     

    Slide 10

    Het is een spelcomputer, dus laten we eens kijken naar de games. Dergelijke games vallen onder de noemer ‘active games’. Games die prikkelen, die je laten bewegen (gezondheid van jonge kinderen is een belangrijke reden geweest om active games te ontwikkelen) en een totaal andere invalshoek kennen. Dus als je eerste reactie is, hey da’s interessant voor de gymnastiekles, dan snap ik dat wel, maar ik zie juist de kracht in de combinatie van lichamelijke bewegingen en intellectuele beslissingen die een leerling of student moet maken.

     

    bron: http://nl.wikibooks.org/wiki/Onderwijstechnologie/Actieve_games#Actieve_Games

     

    Slide 11

    Afgelopen vrijdag was er op de masteropleiding Leren & Innoveren, waar ik studiebegeleider ben, een gastcollege van Martin Valcke. Valcke heeft de helft van dat college besteed aan voorbeelden van het belang van actieve representaties van kennis bij het vormen van begrip bij leerlingen. Hij liet ons tekenen, begrippen hardop uitgesproken en … een groepje studenten een vaste stof, een gas en een vloeibare stof laten uitbeelden. Kinect to connect?

     

    Slide 12

    Kinectimals is een game die ik op dit moment speel. Ik heb een tijgertje geadopteerd en die moet ik trucjes leren, door de trucjes na te doen. Springen, liggen, op de achterpoten staan. Ik moet hem verzorgen, aaien, kammen. En als ik het goed doe krijg ik punten, daar kan ik dingen voor kopen. Dit is een tijgertje, maar het kan van alles zijn. De uitdaging complexer. Complexe beslissingen maken koppelen aan beweging. Lijkt me lastig met examens maar goed.

     

    Slide 13

    Maar waar kunnen we meer aan denken? De Kinect is al snel gehacked, er zijn gebruikers aan het experimenteren met Openkinect. Nog even en wij kunnen de Kinect eenvoudig koppelen aan onze PC’s of Mac’s. Dit is een mooi voorbeeld waar de Kinect wordt gebruikt om gebarentaal te herkennen.

     

    bron: http://www.k12mobilelearning.com/?p=1604

     

    Slide 14

    Of wat dacht je van dit experiment, een mooi voorbeeld van augmented reality. De Kinect wordt als een ‘magische spiegel’ gebruikt. Het skelet van een lichaam, verkregen via CT-scans, wordt als het ware over de persoon die voor de camera staan zelf gelegd, gekoppeld aan het ‘interne skelet-beeld’ dat de Kinekt maakt. Een virtueel raampje zorgt er voor dat je maar een klein gedeelte van het skelet ziet, en de persoon goed kan blijven zien.

     

    bron: http://campar.in.tum.de/Chair/ProjectKinectMagicMirror

     

    Slide 15

    De Kinect wordt ook gebruikt als ‘video capture’ systeem. Hier zie je het beeld van een persoon die 3D in een virtuele omgeving wordt geprojecteerd. Sluit mooi aan bij het nieuwe werken.

     

    Slide 16

    En dat brengt mij weer even terug bij de Kinect zelf, gekoppeld aan de XBOX. Via een XBOX kan je gebruik maken van een online community, XBOX Live, waar je allerlei zaken kunt kopen en downloaden, maar vooral met elkaar in contact komen. Dit contact verloopt via je Avatart. Online gamen, maar met de Kinect zit er bijvoorbeeld Video Kinect in gebakken, dat video chat mogelijk maakt. Social entertainment is hier het toverwoord. De ideale leeromgeving?

     

    Slide 17

    Microsoft gaat over een aantal weken Avatar Kinect lanceren. Via XBOX live kan je je Avatars laten bewegen en praten in een chatbox. Pierre Gorissen heeft hier kort geleden op zijn weblog aandacht aan besteed, waarin hij zich afvraagt of dit niet iets is wat Second Life, een virtuele wereld,  had moeten zijn. De bewegingen zijn incl. gezichtsuitdrukkingen! Dus je krijgt ook de non-verbale communicatie mee. De chatsessies kan je opnemen en terugspelen. Dat lijkt mij nu eens handig voor een stagebegeleiding of iets dergelijks.

     

    Slide 18

    In ieder geval, een interessante ontwikkeling om te volgen. Ik ben er vooralsnog erg enthousiast over en hopelijk over een paar weken ook weer topfit.

    Het is goed om open te staan voor dergelijke ontwikkelingen, en het is belangrijk dat we als docenten leren te kijken naar wat de mogelijkheden zijn van deze technologieën voor onderwijs en leren.

     

    Slide 19

    Het is wat mij betreft geen discussie dat games een belangrijke rol spelen in het onderwijs en didactiek. Uitdagend, een veilige leeromgeving, een sociaal gebeuren, positief effect op geheugen en cognitieve functies, motorische vaardigheden, groot effect op probleemoplossend vermogen.

     

    Slide 20
    Dat gezegd te hebben, kan ik niet wachten op Star Wars: Kinect! In mijn eigen huiskamer een Jedi spelen! Een jongensdroom! May the Force Be With You.

    Jeroen in actie met de Kinect

  • WebQuests: Use the medium!

    Leestijd: 3 minuten

    Deze week  verzorgde ik een presentatie over WebQuests op een bijeenkomst van het Vaknetwerk Aardrijkskunde (eHvA) op het Martinuscollege in Grootebroek.  In eerste instantie was ik even verbaasd over het verzoek, is er dan nog interesse in de WebQuest? Bernie Dodge ontwikkelde zijn model in 1995 en sindsdien zijn er veel WebQuests ontwikkeld, met Nederland als een van de grootgebruikers. Ik vind het een degelijk en ’tijdloos’ ontwerp, laagdrempelig genoeg voor docenten om uitdagende en realistische opdrachten te ontwerpen die  hogere orde denkvaardigheden (of de 21st century skills) en de creativiteit van leerlingen/studenten centraal stellen. Maar we moeten wel constateren dat heel veel WebQuests die online aangeboden worden ‘low-level non-webquests‘ zijn, en nog erg gericht zijn op het internet van 1995 in plaats van die van 2011. Het is Dodge zelf die aangeeft dat het ontwerp mee moet gaan met z’n tijd en de ontwikkelingen op het web: “Use the medium! (pdf)

    (meer…)

  • Beste deelnemer van #ilearn2011…

    Leestijd: 2 minuten

    Beste deelnemer van #iLearn2011,

    Welkom op iLearn2011, de student-generated mini-conferentie ICT & Onderwijs, waar tweedejaars studenten van de lerarenopleiding in Amsterdam het resultaat van hun leervragen presenteren. iLearn2011 is de plek waar de studenten de opgedane kennis en vaardigheden expliciteren en toetsen in de praktijk. iLearn2011 is de plek om u te laten inspireren, op de hoogte te laten stellen van (nieuwe-) ontwikkelingen op het gebied van ICT & onderwijs en wellicht ideeën op te doen voor uw eigen lessen.

    Verbinding
    Maar iLearn2011 is meer! De mini-conferentie is vooral een ontmoetingsplek. Een plek waar gezocht kan worden naar verbinding. Verbinding tussen de ‘docent met ruime ervaring in het onderwijs’ en de ‘student die zich volop aan het ontwikkelen is’. Verbinding tussen verschillende opvattingen over leren en onderwijs. Verbinden van innovatieve ideeen met de praktijk.

    Ontwikkeling
    De sessies die u bezoekt zijn het resultaat van een periode lang werken aan een eigen leervraag op het gebied van ICT & Onderwijs. Dat is niet alleen een ontdekkingstocht op het gebied van technologie, maar met name op het gebied van de toepassing er van in het onderwijs en leren. Studenten komen in aanraking met andere visies op leren en onderwijs. Geen gemakkelijke opgave, wel erg belangrijk. Een startbekwaam docent moet in staat zijn om technologie te beoordelen en te waarderen op de kenmerken die het geschikt maken voor leren. Dat is een ontwikkeling die misschien start in deze periode, maar zeker nog niet afgerond is.

    Feedback
    Om de student hierbij te helpen geven wij hem feedback. Inhoudelijk en op het gebied van presenteren, maar ook over zijn of haar ontwikkeling als docent. Deelt u daarom alstublieft uw ervaring met de studenten en de andere aanwezigen. Stel uw eigen leervragen! Grote kans dat die hetzelfde zijn als van de student.  Laat u inspireren door de student, maar de student kan zich ook door u laten inspireren! Het zijn deze momenten van co-creatie, die iLearn2011 krachtig en betekenisvol maken voor alle aanwezigen!

    De conversatie over technologie in onderwijs, gaat over nieuwe opvattingen over leren en vormgeven van onderwijs, gaat over nieuwe rollen van docent, student en leerling. Dat is een gesprek die we het beste met elkaar kunnen voeren. Dat is waar iLearn2011 voor bedoeld is.

    Veel inspiratie en leerplezier toegewenst!

    Namens de studenten van iLearn2011,

    Jeroen Bottema
    Marlies van Eunen

  • Programma en keynote #iLearn2011 bekend

    Leestijd: 2 minuten

    Volgende week maandag 17 januari van 13:00 – 17:00 is het zover. De tweede editie van de student-generated conference iLearn2011. Het programma is bekend. 5 tracks, 4 rondes, 21 sessies van 40 minuten. Presentaties, hands-on en round tables. Studenten hebben vorige week de laatste voorbereidende bijeenkomst gehad. De meeste studenten hebben het  wel voor elkaar, andere studenten besluiten toch nog om alles om te gooien. Het hoort er allemaal bij. We sluiten af met een Teachmeet (zie ook hier op dit blog), en die begint ook al aardig vol te lopen.

    iLearn2011

    Deze mini-conferentie ICT & Onderwijs is de afsluiting van een training eLearning die de tweedejaars voltijd studenten van de tweedegraads lerarenopleiding volgen. Aan het begin van de periode hebben zij een individuele leervraag gesteld op het gebied van ICT & Onderwijs. En dat was ook het enigste criteria. Voor de rest: anything goes!

    De studenten hebben een periode gekregen om deze leervraag voor zich zelf uit te werken. Het resultaat presenteren zij op iLearn2011. Een aantal studenten die dezelfde leervraag hebben geformuleerd, hebben elkaar informeel gevonden en zijn gaan samenwerken. Ondertussen hebben een aantal studenten met dezelfde leervraag elkaar opgezocht en zijn verder samen gegaan. Zij hebben allen een proposal geschreven voor de mini-conferentie, waarin ze helder de sessie hebben beschreven, doelstellingen hebben geformuleerd en verwachtingen hebben gecreëerd.

    Voor wie?
    iLearn2011 is een conferentie gericht op mede-studenten en docenten van het Domein Onderwijs, Leren & Levensbeschouwing. Voor deze editie hebben wij ook het directe werkveld uitgenodigd, docenten op de praktijkscholen die verbonden zijn met het domein. Ook de bezoekers van de Teachmeet zijn van harte welkom (u kunt zich hier inschrijven).

    De bezoekers hebben een actieve rol op de conferentie. Natuurlijk gaat het om opdoen van nieuwe ideeen en inspiratie. Maar het publiek is ook onderdeel van de leerprakijk. Zij vullen een evaluatieformulier in en zijn op deze wijze betrokken bij een deel van de beoordeling. Maar belangrijker is dat het gaat om een meeting of the minds.

    De studenten zijn leraren-in-opleiding, volop in ontwikkeling als het gaat om didactiek en hun eigen rol als docent. Deze ontwikkeling staat centraal in deze training. Studenten komen vaak voor het eerst in aanraking met technologie vanuit een perspectief van leren en onderwijs. Het is belangrijk dat ze inzicht krijgen in hun competenties op dit terrein, en wat daarbij helpt is de feedback van mede-studenten, opleiders en collega’s uit het werkveld. iLearn2011 biedt hier een platform voor. Docenten leren van studenten, studenten leren van docenten.

    Filmen met je mobiel
    De keynote wordt verzorgd door Liesanne Bosman en Meldrid Ibrahim. Zij coördineren het project “Filmen met je mobiel“, waar ik op dit blog al eerder over heb bericht. Wij hopen dat door deze inleiding de aanwezige studenten en docenten een genuanceerder beeld krijgen van hoe jongeren technologie gebruiken en hoe je deze op betekenisvolle, en vooral creatieve, wijze kunnen inzetten in het onderwijs.

    Overigens zullen wij een deel van iLearn2011 live streamen, niet met een mobiel, maar via MediaSite.

    iLearn2011 beloofd een speciale editie te worden, en ik hoop op een leerzame en innovatieve ontmoeting tussen studenten en docenten. En wie weet daar allemaal uitkomt!


  • Salman Khan: “YouTube U. Beats YouSnooze U”

    Leestijd: 3 minuten

    Why aren’t students watching lectures on their own, at their own pace, in their dorms? Why aren’t we using the 300-person gathering at 10 a.m. every Tuesday and Thursday as an opportunity for active peer-to-peer instruction rather than a passive, one-size-fits-all lecture?

    Dit schrijft Salman Khan, oprichter van de Khan Academy, in een artikel voor The Chronicle of Higher Education. De voordelen van on-demand video/weblectures boven de ’traditionele hoorcollege’ zijn volgens hem:

    • De student kan naar eigen inzicht en tempo pauzes inlassen en fragmenten herhalen;
    • De student kan zich gericht focussen op de onderwerpen/fragmenten die voor hem of haar relevant zijn op dat moment (ik heb zelf een voorkeur van een serie korte weblectures over een bepaald thema);
    • Docenten kunnen real-time informatie verzamelen over hoe studenten (individueel en als groep) de weblectures gebruiken: hoe vaak, welke onderdelen en voor welk doel. Er is meer data om te bekijken hoe de colleges het beste de andere studieopdrachten van de student kan ondersteunen;
    • Een vakgroep zou de weblecture kunnen laten verzorgen door een docent/expert die het onderwerp goed kan brengen en uiteraard passie voor zijn vak heeft. Die expert zou ook van ‘buiten’ kunnen komen.
    • Het maakt de handen van de docent vrij om de contactmomenten met de studenten op een betekenisvolle wijze te organiseren.

    Een argument voor het houden van een hoorcollege is dat het de student de mogelijkheid biedt om ‘live’ vragen te stellen aan de docent/expert. Maar in realiteit, zo stelt Khan, nemen de meeste studenten de moeite niet om hun vinger op te steken, bewust van de tijd of onzeker over evt. reacties van mede-studenten of de docent. Vragen die gesteld worden, zijn vaak maar relevant voor een klein gedeelte van de deelnemers.

    Het aanbieden van de weblecture maakt het volgens Khan waarschijnlijker voor de student om direct van de docent te leren, als de student zelf kan bepalen wanneer hij of zij dat nodig acht. Overigens zijn er voldoende mogelijkheden voor de student om vragen te stellen via de lecture tool of een backchannel, als Twitter of een forum. De docent kan die vragen met meer aandacht voor de individuele student behandelen, in de context van het leerproces van die individuele student.

    Wat ik interessant vind aan het inzetten van weblectures in het onderwijs, bijvoorbeeld bij ons op de lerarenopleiding, zijn de vragen die het opwerpt met betrekking tot het herontwerp van onderwijs. Weblectures kunnen ondersteunend zijn in het ontwerpen van leerpraktijken waar de student centraal staat. Er ontstaat ruimte voor andere, activerende werkvormen, met een focus op verdieping en ondersteuning, onderdelen die studenten vaak in relatieve isolatie zelf moeten uitzoeken omdat daar in het reguliere college vaak geen tijd voor is door de plek van het verhaal van de docent.

    Door de inzet van weblectures geef je studenten gedeelde verantwoordelijkheid over het leerproces. Je zegt ook tegen de student: ik heb vertrouwen dat jij het beste weet wat je nodig hebt voor deze leertaak en als je er niet uitkomt dan bied ik ondersteuning. Khan zegt dat het aanbieden van weblectures de docent ‘vrij maakt’ om een actief deelnemer te zijn in een ‘interactive, peer-to-peer problem solving powwow in the classroom‘.

    Dat vereist wel dat weblectures niet alleen worden ingezet ten behoeve van ‘registratie’ maar dat de leerpraktijk zo wordt ontworpen dat de weblecture een positief effect hebben op het leerproces van de studenten.

    Salman Khan








    Afbeelding: sjbeez.org

  • Weinig gebruik van ICT in de les? Geef docenten maar de schuld.

    Leestijd: 3 minuten

    …increasing the access of students to machines, from 125 students per computer to currently less than 4:1 does not automatically lead to teachers and students using computers for instruction routinely.  Access to an innovation, then, does not mean frequent teacher use in classrooms.

    Larry Cuban vergelijkt in “Blaming Doctors and Teachers for Underuse of High-Tech Tools” de situatie in het (Amerikaanse-) onderwijs met een voorbeeld uit de Amerikaanse gezondheidszorg. Het blijkt dat ziekenhuizen en artsen zog. ‘Electronic Health Records (digitaal patientvolgsysteem) nauwelijks of maar gedeeltelijk toepassen in de dagelijkse praktijk, ondanks de belofte dat deze systemen ‘de kwaliteit van zorg zouden verbeteren’. Artsen zien het blijkbaar niet als de oplossing, want vinden dat het niet efficiënt werkt, hebben moeite met de vaak complexe systemen, zijn kritisch over de kosten en vinden dus dat het onvoldoende aansluit bij de dagelijkse medische praktijk.

    Ondanks het feit dat deze applicaties door IT-bedrijven worden gemaakt, en het maar de vraag is hoe diep hun inzichten zijn in de dagelijkse medische praktijk, krijgen de artsen de schuld van het niet gebruiken van de applicaties. Hij noemt drie oorzaken:

    1. Te hoge verwachtingen van de resultaten van de technologie in handen van de artsen en docenten. Het gaat om dure technologie, hoge investeringen, dus de gebruikers moeten het wel omarmen als de oplossing! Als dan blijkt dat het gebruik tegen valt, dan bieden de docenten en artsen weerstand.
    2. Dergelijke ICT-toepassingen zijn gericht op het efficiënter registeren en uitvoeren van handelingen, terwijl dat zeker in het begin veel tijd en energie vergt om er op die wijze mee om te gaan. Dat kan dan de dagelijkse praktijk domineren, terwijl de focus juist moet liggen op het opbouwen van een vertrouwensrelatie met de patiënten en  leerlingen. En voor vertrouwen en respect heb je niet perse een ICT-toepassing nodig. Een reden waarom docenten en artsen terughoudend kunnen zijn.
    3. De ontwikkelaars van de IT -toepassingen hebben vaak geen compleet beeld van de dagelijkse praktijk van een docent of arts. Zij ontwikkelen de applicaties ‘in een andere cultuur’ en zijn gebonden aan andere regels. Met als gevolg dat de applicatie onvoldoende aansluit bij de dagelijkse praktijk.

    Het lijkt me helder dat artsen en docenten in deze gevallen ten onrechte beschuldigt worden en dat hun expertise veel beter benut moet worden in het ontwikkelen van medische- en educatieve ICT-toepassingen.

    Ik ben niet helemaal gelukkig met het voorbeeld van een digitaal patientvolgsysteem dat Cuban gebruikt.  Een dergelijke toepassing, waar de focus vooral op die van de organisatie en administratie ligt, kun je niet zomaar vergelijken met ICT-toepassingen ten behoeve van instructie in het klaslokaal. Dan hebben we het vooral over ICT-toepassingen met een leerfunctie, die kennisverwerving en kennisconstructie van leerlingen ondersteunen en versterken.

    Zijn er dan, naast de drie bovenstaande oorzaken, andere oorzaken aan te wijzen waarom docenten vaak de schuld krijgen van het weinig inzetten van ICT-toepassingen? Het ontbreken van voldoende ICT-vaardigheden bij docenten vind ik te gemakkelijk. Cuban heeft het in zijn verhaal bijvoorbeeld over artsen en docenten die thuis wel volop gebruik maken technologie.

    1. Docenten hebben onvoldoende kennis en/of zijn onzeker over hoe de technologie in te zetten om leerprocessen effectief te ondersteunen (digitale didactiek, arrangeren met digitale leermiddelen). Er is dan onvoldoende bewijskracht voor de docent dat de ICT-toepassing echt meerwaarde heeft, het ontbreekt aan overtuigende succeservaringen.
    2. Inzet van technologie past bij een instructiemodel waar de leerling meer architect is van zijn eigen leren en waar de docent de rol van begeleider en coach heeft. Docenten kunnen moeite hebben om het vaak  ‘veilige’ docent- en vakgestuurde instructiemodel los te laten, door gebrek aan kennis en vaardigheden, onvoldoende ondersteuning door de schoolleiding of door ontbreken van de wil.
    3. Docenten krijgen onvoldoende tijd en ruimte van de schoolorganisatie om de ICT-toepassingen op een verantwoorde wijze in te zetten. Het toepassen van ICT vraagt een andere voorbereiding dan een ’traditionele les’ en kost zeker in het begin vaak meer tijd. Dit wijst ook op het ontbreken van een goede visie op het leren met behulp van ICT bij de schoolleiding. De schoolleiding moet ruimte en ondersteuning bieden voorvoor experimenten en onderwijsontwerp.

    Zijn er meer oorzaken? Het vingertje wijzen naar de docenten is te makkelijk. Belangrijk is dat de schoolleiding een duidelijke visie ontwikkeld over leren met en door ICT op de school en dat ook communiceert naar de collega’s. Het gaat hier om veranderingstrajecten, om de ontwikkeling van een kritische community of practice. Ik vind dat dergelijke trajecten al op de opleiding beginnen.

    (Op iLearn2011 zal een student een sessie verzorgen over hoe het komt dat er vaak drempels worden ervaren door docenten bij het gebruik van ICT, soms zelfs zichtbaar in frustratie. Dat inspireerde mij tot het schrijven van deze blogpost.)

    Afbeelding: a2gemma @Flickr

  • Transfer van kennis in virtuele omgevingen

    Leestijd: 3 minuten

    In het onderwijs, bedrijfsleven en bijv. hulp-organisaties wordt gebruik gemaakt van virtuele simulatie-omgevingen, waar complexe scenario’s getraind kunnen worden in een veilige omgeving. Deze virtuele trainingsomgevingen worden steeds levensechter, waardoor er meer fysieke overeenkomsten ontstaan met de werkelijke wereld. En hoe meer de virtuele wereld op de echte lijkt, hoe beter de opgedane kennis en vaardigheden in die virtuele omgevingen overgedragen kunnen worden naar de echte. Wat betreft Guy Boulet in een al wat ouder artikel (maar die toch deze week in mijn feedreader opdook) in eLearn Magazine moet er een ander accent komen op die levensechtheid. (meer…)

  • ICT in de lerarenopleiding: aanbevelingen en inspiratie

    Leestijd: 4 minuten

    Het is al weer een paar weken terug, maar ik wil toch nog verslag doen van de Kennisnet bijeenkomst “ICT in de opleiding, nut of noodzaak?” op 17 november in het Spoorwegmuseum. Helaas heb ik de Hogwarts Express niet kunnen aanschouwen, maar wel gehaald waar ik voor kwam: de stand van zaken met betrekking tot de implementatie van de kennisbasis ICT in de lerarenopleiding. De middag leverde een aantal aanbevelingen op voor integratie van ICT in de opleiding. (meer…)

  • Introductiesessie #digibord

    Leestijd: 2 minuten

    Vandaag verzorgde ik voor studenten van de kopopleiding  een introductiesessie over digiborden. Studenten schoven de pepernootjes vooral naar de kolom ‘beginner’ toen ik ze vroeg naar hun ervaring met het digibord bij binnenkomst. Een enkeling had wel een digibord in het lokaal hangen, maar gebruikte het met name als projectiescherm.

    Ik ben geen beginner meer als het gaat om het digibord, maar ben zeker nog geen expert! Het is geen instrument dat ik dagelijk gebruik, en daar moet ik het wel van hebben: leren door doen. Ik smul graag van de #digibord tweets op Twitter en de digibord-posts van Andre Manssen, daar leer ik op informele manier veel van. Ik ben vooral geïnteresseerd in de didactiek van het digibord (hat tip to Michel van Ast) en onderzoek met studenten de mogelijkheden om met behulp van het digibord een effectieve en interactieve les te ontwerpen.

    Vandaag heb ik met studenten de basics van het SMARTboard besproken, voorbeelden van software en bronnen besproken die goed werken in combinatie met het digibord (tip van student over virtuele tours bij deze toegevoegd aan presentatie) en kijken wat de mogelijkheden zijn voor een effectieve en interactieve les. Hiervoor heb ik een demo laten zien met een aantal hide-, move-, -pull & reveal trucs in de Notebook software. Vervolgens zijn de studenten in twee-tallen gaan experimenteren met deze trucs. Op deze manier maakte ze kennis met de toolbar en het werken met objecten, en dat het maken van een digibord-instructie een hele heldere strategie vereist van een docent.

    Hieronder de presentatie en het demo notebook bestand.

Mijn blog waarin ik aantekeningen, ideeën, gedachten en ervaringen verzamel. Over onderwijs, leren en creatieve technologie. Over projecten, evenementen en inspiratiebronnen. Over mijn eigen ontwikkeling als professional. Over gras dat groener is aan de overkant. Met hier en daar een off-topic momentopname.

Jeroen Bottema